Topmannen Dick Boer van Ahold en Frans Muller van Delhaize toonden zich woensdag verguld met de fusie van de Nederlandse en Belgische supermarktketens.

Maar zij zijn niet de enigen die blij zijn: adviesbureaus en zakenbankiers tikken samen 100 miljoen euro binnen bij de deal.

President-commissaris Jan Hommen van Ahold merkte het woensdag terloops op, toen Ahold en Delhaize hun fusie toelichtten tegenover analisten. Daarbij kwam onderstaande powerpointslide voorbij.

creating-value-through-realizing-cost-synergies-17209

Te zien is dat Ahold en Delhaize na drie jaar 500 miljoen euro aan kosten per jaar denken te besparen met de overname van Delhaize door Ahold. Dat gaat gepaard met 350 miljoen euro aan ‘eenmalige kosten’.

Linksonder staat in een voetnoot dat dit kostenbedrag ‘excluding transaction fees’ is. Hommen bevestigde woensdag tegenover analisten dat het hierbij om een bedrag van ongeveer 100 miljoen euro gaat.

100 miljoen voor overnameadviseurs Ahold en Delhaize

100 miljoen euro! Dat klinkt als een hoop geld. Maar wie worden daarvan betaald? Ahold en Delhaize hebben de deal in pakweg drie maanden in elkaar gedraaid en daarvoor een reeks adviseurs ingehuurd.

Ahold heeft zich op het strategische vlak laten adviseren door adviesbureau McKinsey en Delhaize door Bain Consultants. Daarnaast is nog een reeks zakenbanken en juristen ingehuurd: voor Ahold gaat het om Goldman Sachs, J.P. Morgan, Allen & Overy en Simpson Thacher & Bartlett; voor Delhaize gaat het om Bank of America Merrill Lynch, Deutsche Bank, Cravath, Swaine & More en Linklaters.

Alles bij elkaar 10 partijen dus die 100 miljoen euro onder elkaar mogen verdelen. Voor de zakenbanken gaat het daarbij niet zozeer om uurtje-factuurtje, maar vooral om de bonus die ze binnenhalen als de deal doorgaat.

Dikke bonus of kruimelwerk?

Naar die 100 miljoen euro kun je verder op twee manieren kijken. Het zijn voor Ahold en Delhaize eigenlijk kosten die je bij de eenmalige kosten van 350 miljoen euro moet optellen, om de kostenbesparingen van 500 miljoen per jaar te halen. In dat licht gaat het om behoorlijk wat geld.

Maar in de afspraken met adviseurs wordt vaak gekeken naar de advieskosten in verhouding tot de grootte van de transactie.

Ga je voor Ahold en Delhaize uit van gemiddelde beurskoersen in de weken voorafgaand aan het tekenen van de fusieovereenkomst, dan waren beide bedrijven samen ruim 24 miljard euro waard op de beurs. Op zo'n bedrag zijn de 'transaction fees' minder dan een half procent.

Peanuts, in de optiek van de fusiepartners.